Warmtetransitie in beeld in Assen dankzij monitoring
“Door te monitoren weten we welke doelstellingen we al hebben gehaald en waar we moeten bijsturen. Zo kunnen we beter onderbouwd onze plannen uitrollen”, vertelt Erwin Veldman, programmamanager Energietransitie bij de gemeente Assen. Hij vertelt wat ervoor nodig is om als gemeente met monitoring aan de slag te gaan.
Uit de Lokale Warmtetransitie in Beeld blijkt dat lang niet alle gemeenten de voortgang van de warmtetransitie monitoren. En degenen die dat wel doen, monitoren vaak hele specifieke onderdelen, zoals een subsidie-uitvoering. Met de Wet gemeentelijke instrumenten warmtetransitie (Wgiw) en het Besluit gemeentelijke instrumenten warmtetransitie (Bgiw) komt er naar verwachting op 1 juli 2026 voor gemeenten een verplichting om terug te blikken op vorige warmteprogramma’s. Denk hier daarom nu over na, want data zijn vaak niet met terugwerkende kracht beschikbaar.
“Wil je sneller je doelstellingen halen? En wil je meer grip krijgen op je energieopgave? Begin dan met het verzamelen van data en zet een goed monitoringssysteem op. Als je weet waar je staat, kun je veel gerichter de beperkte capaciteit en middelen inzetten. Je kunt beter sturen, verantwoorden wat je doet en het geeft rust.”
Monitoren van doelstellingen
“We monitoren al onze doelstellingen, van grof naar steeds fijnmaziger. Onze tussendoelstelling is naar 55% CO2-reductie in 2030. En dat is de doorkijk naar 2050 om klimaatneutraal te zijn. Het hoofddoel is opgeknipt in 6 categorieën om te verduurzamen: bestaande woningbouwvoorraad, economie, mobiliteit, grootschalige opwek, eigen organisatie/vastgoed en het energiesysteem van de toekomst. En daar liggen weer subdoelstellingen onder.
Voor het monitoren gebruiken we veel eigen data en open data van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), de regio, provincie, en netbeheerders. De data en doelstellingen zijn aan elkaar gekoppeld en worden automatisch berekend. Dit wordt visueel weergegeven op ons dashboard. Op basis van dit dashboard richten we een 2-jaarlijks uitvoeringsprogramma in met als focus: wat doen we nu en liggen we nog steeds op koers?”
Doelstellingen bijsturen op basis van data
"Het college van burgemeester en wethouders, de gemeenteraad en het programmateam Energietransitie hebben de nadrukkelijke wens om te weten waar we staan. Dat is erg belangrijk zodat je tussentijds kan bijsturen. Daarom ontwikkelden we een dashboard waarbij we meer grip op de doelen krijgen. Tot nu toe heeft het veel inzicht opgeleverd, waardoor we veel gerichter kunnen sturen op:
Energiebesparing op koers
De subdoelstelling uit 2022 om in 2030 7 miljoen m3 aardgas (15%) bespaard te hebben in de bestaande bouw, bleken we in 2024 al bereikt te hebben. Dankzij het dashboard weten we dat. We blijven wel inzetten op energie besparen en we stellen het doel bij, zodat we sneller op weg gaan naar het einddoel.
Zon-op-dak: succes en stagnatie
Ook de subdoelstelling voor zon-op-dak voor de gebouwde omgeving hebben we al behaald. Landelijk lopen we voorop en in Drenthe is Assen nummer 2 voor de woningvoorraad. Maar we zien ook dat zon-op-dak stagneert bij bedrijven en de industrie, daar gaan we extra op inzetten richting 2030.
Collectieve aanpak nodig
Tot slot de subdoelstelling: in 2030 minimaal 4.000 woningen van het aardgas. Dat gaat niet lukken zonder een collectieve aanpak. Individuele bewoners gaan niet snel genoeg over op warmtepompen. De gemeenteraad heeft voor de zomer besloten een warmtenet te starten in Lariks-West, één van de proeftuinen aardgasvrije wijken. Het publieke warmtenet komt er in 2027. We richten een 100% gemeentelijk warmtebedrijf op, want we willen in de opstartfase zelf de regie hebben. Als dit allemaal lukt, komen we boven die 4.000 woningen uit. Het dashboard bevestigt hier dus dat we een collectieve aanpak nodig hebben, want als we in dit tempo doorgaan halen we het niet.”
Dashboard in de praktijk
“Het managementteam (CMT) en het college van burgemeester en wethouders gaven groen licht. Samen met het programmateam, en de teams Informatieplein Assen en Technisch beheer werkten we de opdracht uit. We namen een data-analist/projectleider aan om het dashboard te ontwikkelen. ICT en informatiebeheer verzamelden met de projectleider de data en bouwden een programma op basis van wat er al lag. Dit duurde ongeveer 1,5 jaar, het dashboard is sinds oktober 2024 ‘live’. Het dashboard is nu terug ‘in de lijnorganisatie’ bij het Informatieplein en Technisch Beheer. Het programmateam werkt ermee en voorziet het jaarlijks van updates.
Het dashboard gebruiken we ook bij de wijkgerichte aanpak voor energiearmoede. Een bureau voegde specifieke CBS-data toe, en zo weten we nu met 95% zekerheid waar energiearmoede op buurt- en straatniveau aanwezig is. Zo kunnen we met weinig capaciteit veel gerichter sturen. Andere programma’s en lijnteams willen ook zo’n dashboard.
Monitoring is ook van belang voor de Omgevingsvisie en het past goed bij de beleidscyclus: beleid en doelstellingen opstellen, monitoren, evalueren en weer bijstellen.”
Aan de slag met monitoring in jouw gemeente?
“Vind draagvlak in de organisatie, de directie en op bestuurlijk- en raadsniveau. Als zij een dashboard een goed idee vinden, denk dan na over hoe je het wilt implementeren. Je moet ervoor zorgen dat de data bijgewerkt wordt en dat de lijnteams met het dashboard willen werken. Want stap 1 is draagvlak en stap 2 is het opzetten van een dashboard. Maar om het echt tot een succes te maken moet je het dashboard wel bijhouden en ermee blijven werken.”
Dit artikel lees je ook in de Lokale Warmtetransitie in Beeld 2025.