Toegankelijkheidslinks Ga naar de hoofdinhoud
NPLW logo
Helpdesk

Proeftuin Ramplaankwartier in Haarlem

9 november 2022

Na een succesvolle aanleg van een gezamenlijk zonnedak op een tennishal had een groep bewoners uit het Ramplaankwartier in 2017 een nieuwe ambitie: hun eigen wijk zelf aardgasvrij maken. In 5 werkgroepen met meer dan 40 bewoners onderzochten ze de mogelijkheden voor een aardgasvrije wijk. De gemeente keek aandachtig mee en stimuleerde de groep met een eerste financiering. Inmiddels ontvangt de wijk subsidie vanuit het Programma Aardgasvrije Wijken (PAW) als proeftuin en heeft de groep actieve bewoners een keuze gemaakt voor een alternatieve warmtebron voor de wijk: een zonnewarmtenet.

Gemeente
Haarlem
Inwoners gemeente
167.636
Luchtopname van een woonwijk met oudere en nieuwere laagbouw. Op de achtergrond bossen, duinen en de zee.
Toelichting bij deze afbeelding
Proeftuin Ramplankwartier aan de westkant van Haarlem, begin vorige eeuw opgezet als tuindorp. De meeste huizen zijn gebouwd tussen 1920 en 1960.

Peter Tromp, beleidsmedewerker Duurzaamheid bij gemeente Haarlem, zag de animo om mee te doen het afgelopen jaar sterk groeien in de wijk.  “Door de explosief gestegen energieprijzen gaan mensen nu spontaan hun huizen isoleren”, vertelt Tromp, die zelf in het Ramplaankwartier woont. “Zijwillen het heft in eigen handen nemen en willen stappen nemen om van het aardgas af te gaan. Het aantal mensen dat een intentieverklaring heeft ondertekend om mee te doen is in een jaar tijd van 300 naar ruim 600 verdubbeld. Meer dan de helft van de ongeveer 1150 huishoudens in de wijk ondersteunt nu dus het project.”  

Zwaan-kleef-aan-effect

De initiatiefnemers mikken er in hun plannen op dat uiteindelijk meer dan 90 procent van de wijkbewoners de overstap zal maken naar het zonnewarmtenet. Tromp: “Wanneer je een lokaal warmtenet met bronnen voor warmte- en koudeopslag aanlegt, vergt dat een miljoeneninvestering. Naarmate we die kosten over een groot aantal aansluitingen kunnen verdelen, wordt het natuurlijk voordeliger. Maar we houden er rekening mee dat niet iedereen vanaf dag één mee zal doen. Er zijn altijd koplopers; een grotere groep wacht af. Daar hebben we het energiesysteem op ingericht.  Als we minimaal 250 adressen hebben die redelijk dicht bij elkaar liggen, kunnen we van start gaan. De groei naar 90 procent - waarop de financiering is gebaseerd – kunnen we de jaren erna realiseren. We verwachten een ‘zwaan kleef aan’-effect, waarbij steeds meer mensen enthousiast worden en zich zullen aansluiten.”

Huishoudens die aangesloten zijn op het zonnewarmtenet zijn zowel leverancier als afnemer van hun eigen warmte. In een zonnewarmtenet warmen PVT-panelen op daken 's zomers water op. Dit wordt vervolgens in een gezamenlijke warmte- en koudeopslag (WKO) bewaard. In de winter gaat dit water (dan circa 18°C) via het zonnewarmtenet terug naar de verschillende huishoudens waar een warmtepomp het water opwarmt tot 55°C.  Tromp: “Cruciaal is dat de capaciteit van de WKO-bron in evenwicht is met de warmtebehoefte in de winter. Waarbij we de flexibiliteit moeten inbouwen dat op de ene woning twee panelen geplaatst worden en op een ander huis acht.  Het totaal aantal panelen moet in evenwicht zijn met de WKO-bron. Waarbij de warmteproductie in de zomer in balans is met de warmtevraag in de winter.” 

Huisdossier

Om de warmtevraag in de wijk in kaart te onderzoeken, vullen alle bewoners die mee willen doen een digitaal huisdossier in. Deze tool brengt in beeld hoe groot de woning is, hoeveel etages er zijn, hoeveel mensen er wonen, welke ruimtes verwarmd worden, wat voor CV-ketel er hangt en welke isolatiemaatregelen al genomen zijn. Tromp: “Wanneer mensen bij het invullen ergens tegenaan lopen en bijvoorbeeld niet weten wat het vermogen van hun cv-ketel is, kunnen ze terecht bij een vijftiental energiecoaches in de wijk. Zij kunnen – eventueel van afstand – helpen het huisdossier volledig te maken. Tot nu toe hebben we al 600 van deze dossiers.”  Een nadeel van een lage temperatuurnet is dat oudere woningen die slecht of matig zijn geïsoleerd, onvoldoende worden verwarmd.  Tromp: “Toch kunnen ook deze woningen baat hebben bij het lage temperatuur warmtenet wanneer zij kiezen voor een hybride vorm met PVT-panelen in combinatie met een hybride warmtepomp. Wanneer het buiten te koud wordt en de woning te weinig geïsoleerd, springt de CV-ketel bij om de woning op temperatuur te brengen.  Dan gebruik je nog wel aardgas. Maar als dat aardgas uiteindelijk vervangen wordt door groen gas, heb je een aardgasvrij systeem.”

Vernieuwd

De toepassing van PVT-panelen en WKO in combinatie met een lage temperatuur warmtenet is zo vernieuwend, dat een dergelijk systeem tot voor kort niet eens voorkwam in de scenario’s van adviesbureaus die gemeenten bijstaan. “Deze bureaus hanteren ieder hun eigen modellen om alle mogelijke alternatieven voor aardgas door te rekenen. Daar zat het lage temperatuursysteem en PVT-panelen met WKO helemaal niet in, omdat het zo nieuw was. Dit soort systemen zijn zodoende niet meegenomen in de transitievisies die voor gemeentes zijn berekend. In eerste instantie kregen we vanuit die bureaus te horen dat ons systeem te duur zou zijn. Want je hebt een warmtenet, een WKO-bron en voor iedere woning een warmtepomp nodig. Maar een studie van TU Delft liet het tegendeel zien en adviesbureaus zijn er nu ook van overtuigd dat dit systeem in hun modellen meegenomen moet worden. Voor verschillende wijken in Nederland zou de transitievisie warmte er dan heel anders uit kunnen zien.”

Meer informatie

Relevante praktijkvoorbeelden

Op een aanhanger achter een auto staat: gasloos wonen, eenvoudiger dan je denkt
Hoe Zonnedorpen 6 dorpen meekrijgt naar aardgasvrij

Maar weinig bewoners in aardbevingsgebied Noord-Groningen blijven enthousiast over gaswinning. Een aantal idealisten wilde snel een all-electric-oplossing, waaronder Willem Schaap. Samen vormden ze de energiecoöperatie Zonnedorpen in gemeente Eemsdelta. Energiearmoede is er overal. En sociale controle is zowat uitgevonden in deze ons-kent-ons-gemeenschap. Hoe kregen ze bewoners van 6 dorpen mee naar aardgasvrij verwarmen? Welke route nam Zonnedorpen?

01-04-2025
Hoe Zonnedorpen 6 dorpen meekrijgt naar aardgasvrij
Witte galerijflat in groene omgeving (flatgebouw Lieven de Key)
“Riothermie is op veel plekken inzetbaar”

In Amsterdam-Noord willen Woonstichting Lieven de Key, Firan en Waternet ruim 600 sociale huurwoningen aansluiten op een zeerlagetemperatuurnet. De bron voor het warmtenet is riothermie: restwarmte uit rioolwater. Als alles meezit, gaat in het najaar de schep de grond in. “Het is mooi om te laten zien dat bepaalde alternatieven voor gas echt mogelijk zijn.”

10-03-2025
“Riothermie is op veel plekken inzetbaar”
Woonwijk en straat met flats in de achtergrond
Bewoners Watergraafsmeer bouwen aan duurzame buurtwarmte

In de Amsterdamse wijk Middenmeer wil een bewonersinitiatief de restwarmte van datacenters van het Science Park gebruiken om 5.000 woningen te verwarmen. Daarom richtten ze de buurtcoöperatie MeerEnergie op. Samen met de gemeente Amsterdam en Firan werkt MeerEnergie aan de toekomst van hun (buurt)energievoorziening.

11-02-2025
Bewoners Watergraafsmeer bouwen aan duurzame buurtwarmte
Bekijk alle praktijkvoorbeelden