Van ruimte tot regie: de kracht van beelden
Onlangs zat ik aan tafel met een groep wethouders. Op de agenda: het opstellen van het warmteprogramma. Zoals vaker bij soortgelijke bijeenkomsten met wethouders ontstond er een eerlijk en open gesprek, met veel herkenning, humor en mooie inzichten. Zo deelde een wethouder dat hij als hobbykok opkeek tegen elektrisch koken. Inductie? Dat voelde toch als inleveren op kookplezier. Dit deed de andere collega’s de mondhoeken omhoog krullen. Zij deden hun best hem te overtuigen van de voordelen, maar de twijfel bleef. Het illustreert mooi hoe menselijk de warmtetransitie is. De warmtetransitie gaat over techniek, maar minstens zo vaak over gedrag en gevoel.

In datzelfde gesprek kwam ook de ruimtelijke kant van de warmtetransitie aan bod. Een andere wethouder vertelde dat hij veel bewoners wist te overtuigen van een warmtenet, juist door het ruimtelijk plaatje te laten zien. Geen warmtepompen in elke tuin, geen extra trafohuisjes in de wijk – dat sprak tot de verbeelding. Beelden helpen om keuzes te maken.
Ruimtelijk inzicht helpt bij de gemeentelijke regierol
Er leven veel beelden over de ruimtelijke impact van netverzwaring. Maar hoe zit het met die van de warmtetransitie? Ruimte in ons kleine landje is schaars. Het ruimtebeslag weegt steeds zwaarder mee in de afwegingen die lokaal worden gemaakt. Er staat alleen weinig over op papier. Daarom ontwikkelden we samen met de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) een Ruimtevergelijkstool, op basis van een RVO-studie naar de ruimtelijke impact van de meest gebruikte warmteoplossingen. Deze nieuwe tool maakt inzichtelijk wat de verschillende warmteoplossingen betekenen voor de ruimte, zowel boven- als ondergronds alsook in en rond woningen.
De tool biedt vergelijkingen op hoofdlijnen. Want iedere wijk is anders, iedere ondergrond uniek. Maar het geeft regie en helpt bij het maken van keuzes. En zo zie je bijvoorbeeld dat overstappen op het koken op inductie doorgaans betekent dat je een extra groep in de meterkast nodig hebt. En dat er vaak wat leidingen moeten worden verlegd. Goed om te weten.
Ruimte én geluid in balans
Een ander beeld dat we vaak tegenkomen: warmtepompen maken veel lawaai. Iedereen lijkt wel iemand te kennen die er slecht door slaapt. Maar wat blijkt? Het is lang niet altijd een warmtepomp – soms is het gewoon een airco. Het verschil is niet altijd zichtbaar, maar het geluid kan wél impact hebben.
Vooral ‘tonaal geluid’ – het fluiten, brommen of piepen – wordt als erg storend ervaren. Gelukkig zijn er goede oplossingen. Akoestische omkastingen kunnen het geluid met gemiddeld 5 decibel reduceren. Ze nemen wel iets extra ruimte in beslag: ongeveer 10 tot 15 centimeter rondom de buitenunit. Ook die informatie vind je terug in de ruimtevergelijkingstool. Ruimtegebruik is niet alleen een kwestie van oppervlakte, maar ook van leefkwaliteit.
Inzicht in geluidsimpact van warmtepompen
Na de zomer lanceren we nog een hulpmiddel; een interactieve webpagina waarmee je als gemeente visueel inzicht krijgt in de geluidseffecten van verschillende plekken waar je warmtepompen kunt plaatsen. Het biedt handvatten voor gemeenten om vooraf goede keuzes te maken en achteraf gedoe te voorkomen. Zo versterken we samen de regie van gemeenten op dit soort technische én maatschappelijke vraagstukken.
Even opladen…
Voor nu wens ik je een zomer met veel ruimte voor rust, herstel en liefde. Laad op, geniet van de zon – en van het koken, op welke warmtebron dan ook. Na de zomer gaan we verder. Want de warmtetransitie vraagt om regie. En regie vraagt om inzicht. We helpen je daar graag bij.
Maureen van Eijk, directeur NPLW