Overijssel ondersteunt gemeenten met schrijven warmteprogramma’s

26-04-2024

“Door een warmteprogramma stapsgewijs en in groepsverband op te stellen, leren gemeenten hoe ze dit in de toekomst zelf kunnen doen”. Patricia van Ling en Silke Nieuwenhuis vertellen hoe het expertiseteam van de provincie Overijssel gemeenten ondersteunt om een warmteprogramma te maken.

“Door een warmteprogramma stapsgewijs en in groepsverband op te stellen, leren gemeenten hoe ze dit in de toekomst zelf kunnen doen”. Patricia van Ling, projectleider gebouwde omgeving bij de provincie Overijssel en opdrachtgever van het expertiseteam, en Silke Nieuwenhuis, onderdeel van het expertiseteam, vertellen hoe het expertiseteam van de provincie Overijssel gemeenten ondersteunt om een warmteprogramma te maken. Het warmteprogramma is een vervolg op de transitievisie warmte (tvw).  

Het expertiseteam voor Missie 2026

In 2023 ging het expertiseteam Gebouwde Omgeving van de provincie Overijssel van start, omdat de provincie Overijssel gemeenten wilde stimuleren om van elkaar te leren. Het team bestaat uit 4 experts en richt zich op energiebesparing, energiearmoede en de warmtetransitie. Een van de activiteiten is het helpen van 10 gemeenten met het opstellen van warmteprogramma’s.

Het opstellen van deze warmteprogramma’s is onderdeel van wat Overijssel Missie 2026 noemt. Gemeenten hebben tot 2026 de tijd om de transitievisie warmte te actualiseren en aan te passen aan de nieuwe regels van de Wet gemeentelijke instrumenten warmtetransitie (Wgiw). Patricia: “Gemeenten hebben 6 gezamenlijke sessies om tot een warmteprogramma te komen. En tussendoor gaan ze ermee aan de slag. Het expertiseteam denkt na over welke stappen gemeenten kunnen zetten en levert per sessie aan wat er nodig is aan formats, bouwstenen, voorbeeldmails en voorbeeldwerkvormen voor gesprekken met stakeholders.”

Warmteprogramma en transitievisie warmte

Het wetsvoorstel Wet gemeentelijke instrumenten warmtetransitie (Wgiw) verankert de tvw juridisch in de vorm van het warmteprogramma onder de Omgevingswet. Het wetsvoorstel is op 27 maart en 10 april besproken in de Tweede Kamer. Op 23 april is met de wet ingestemd in de Tweede Kamer. Wgiw is pas definitief nadat de Eerste Kamer ermee instemt, en de wet is gepubliceerd in de Staatscourant. De voorgenomen inwerkingtreding van de Wgiw is voorzien op 1 januari 2025.

NPLW werkt aan een handreiking warmteprogramma. Deze is naar verwachting eind juni beschikbaar.

Versnellen en handvatten geven

2026 klinkt nog ver weg, maar volgens Patricia is er werk aan de winkel: “Sommige tvw’s zijn nog te algemeen om wijkuitvoeringsplannen mee te schrijven. Bovendien zijn in 2026 ook de gemeenteraadsverkiezingen wat natuurlijk ook veel werk meebrengt. Dus vanuit de provincie willen we versnellen en dichter bij de uitvoering komen. Het actualiseren en aanvullen van de tvw naar een warmteprogramma is nu al relevant en niet pas in 2026.

Je hebt het warmteprogramma nodig om stappen te zetten, en te komen waar je naartoe wilt. Met het warmteprogramma kan je de wijkuitvoeringsplannen opstellen, en dan in je omgevingsplan een aanwijsbevoegdheid opnemen. Daarom vinden wij kwaliteit en regievoering belangrijker dan dat er simpelweg een warmteprogramma is.”

Het schrijven van een warmteprogramma is soms best technisch of ingewikkeld, vertelt Silke: “We zien ook wel zorgen bij gemeenten en daar helpen we ze mee, en ze helpen elkaar ook. Dat is gaaf aan dit traject. Het is ruim opgezet, we zien elkaar 6 keer, dus de tijd om elkaar te helpen is er ook. Gemeenten reageren dan ook dat ze deze groepsopzet fijn vinden, zo kunnen ze onderling ervaringen uitwisselen.”

Nu het warmteprogramma, en het later zelf doen

Aan het begin was het de vraag wat het eindproduct van dit traject zou zijn. Silke: “In principe is het eindproduct een zover mogelijk warmteprogramma, voor zover we er invloed op hebben. Tegen het einde van het warmteprogramma komen namelijk ook nog bestuurlijke vraagstukken en participatie kijken.

Maar het doel van dit traject is ook om gemeenten tools te geven zodat ze documenten als een warmteprogramma in de toekomst zelf op kunnen stellen en actualiseren. We kijken naar wat gemeenten nodig hebben in dit traject. We willen komen tot een document waarmee ze 5 jaar vooruit kunnen kijken. Zo geeft het warmteprogramma gemeenten richting, zodat ze weten welke wijk ze in moeten en met welke boodschap.”

Leren van elkaar en door te doen

Het traject in Overijssel richt zich vooral op gemeenten die geïnteresseerd zijn om aan de slag te gaan met hun warmteprogramma, maar ook wel wat hulp nodig hebben. Patricia: “Van de 10 deelnemende gemeenten is een aantal actief bezig om de tvw te actualiseren. En sommigen willen vooral wat opsteken over het warmteprogramma en de wetgeving. Niet iedereen kan even hard meedoen, maar iedereen is wel heel enthousiast. Ook als het warmteprogramma niet af is in september, realiseren we versnelling, omdat de gemeenten ondertussen veel hebben geleerd en zelf verder kunnen.”

De gesprekken met de stakeholders, zoals netbeheerders en woningcorporaties, vonden veel gemeenten spannend en interessant. Silke: “Daar hebben we hulp bij geleverd, zodat ze daarna het hoofdstuk over de uitgangspunten voor het warmteprogramma kunnen schrijven. Deze gesprekken pakten leuk uit. Zo bleek dat netbeheerders het fijn vinden als gemeenten aangeven wat er moet gebeuren en wat het tempo is.”

Consultancy als opstapje

Volgens Patricia is de aanpak in Overijssel erg leerzaam: “Gemeenten besteden voor de energie- en warmtetransitie veel uit. De vraag is of gemeenten dan producten krijgen waar ze mee verder kunnen. Dan vergroot je de kennis van consultants in plaats van de gemeenteambtenaren zelf. Uiteindelijk moeten gemeenten in gesprek met bewoners en de lastige gesprekken voeren. Daar heb je wel bepaalde ervaring en achtergrondkennis voor nodig. Het is beter om dat zelf op te bouwen als gemeente.

Meer informatie

Contact

 

Afbeeldingen

Cookie-instellingen